CO2-belasting voor vervuilende industrie

In het nieuwe kabinetsplan staat dat bedrijven geen CO2-belasting hoeven te betalen zolang deze onder een bepaald uitstootniveau van broeikasgas blijven. Komen bedrijven boven de grens, dan moeten ze per ton CO2 gaan betalen. Een groot deel van de opbrengst krijgt de industrie terug in de vorm van groene subsidies. De CO2-heffing voor de industrie loopt op van € 30,- per teveel uitgestoten ton CO2 in 2021, tot € 125,- à € 150,- in 2030. Dit staat hoogstwaarschijnlijk in het Klimaatakkoord dat het kabinet later deze week presenteert. Het neemt de maatregelen, omdat hiermee de kans dat het lukt om de klimaatdoelen voor de industrie in Nederland te halen, 75 procent is.

De onderhandelingen over het Klimaatakkoord zijn in volle gang. Dat er een beperkte CO2-heffing voor de industrie zou komen, was na lang onderhandelen al langer bekend. Op welke kosten de grote bedrijven moeten rekenen, is nu dus eveneens duidelijk.

LEES OOK: Britse auto-industrie vreest voor no-deal Brexit

Gewenste reductie halen

Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) heeft uitgerekend hoe hoog de bedragen moeten zijn om de gewenste reductie van 14,3 megaton in 2030 te kunnen halen. Het PBL ging uit van verschillende scenario’s, waarbij de kans om het doel van 14,3 megaton te halen tussen de 50 en 90 procent ligt. Het kabinet kiest voor de optie met 75 procent kans op slagen. De heffing gaat gelden voor bedrijven die nu al onder het Europese emissiehandelssysteem (ETS) vallen. Ook de Limburgse Chemelot fabrieken moeten straks CO2-belasting betalen. 

Oneens met CO2-belasting

De Vereniging Nederlandse Chemische Industrie (VNCI) reageerde vorige week woedend op voorlopige kabinetsplannen. ‘Niemand kan overzien hoe groot de negatieve effecten van een CO2-heffing voor de industrie zijn, qua weglek van banen, CO2-uitstoot en de effecten op de welvaart’, klaagden de belangenbehartigers.

GroenLinks en PvdA zijn niet tevreden met de belasting. Zij willen een CO2-heffing op alle uitstoot van broeikasgassen. Wanneer dit gedaan wordt, is er een groot risico dat de CO2-intensieve industrie en fossiele energiebedrijven de productie deels naar het buitenland verplaatsen. Dit wil het kabinet voorkomen en om die reden kiest het voor de CO2-belasting vanaf een bepaalde hoeveelheid.