Wat gebeurt er met je inboedel bij faillissement?
Vorig jaar ging Blokker na 128 jaar failliet. Dat lot wens je niemand toe, zeker niet zo'n gevestigde naam als deze. Maar wat gebeurt er precies wanneer het toch mis gaat? De onderneming kan niet meer door met waar het mee bezig is, en de bezittingen binnen het bedrijf - van computers tot kantoormeubilair - worden onderwerp van juridisch beheer. Wat gebeurt er precies met deze inboedel? En welke invloed heeft de ondernemer hierop? En kunnen andere ondernemers hier iets mee?
Foto: designed by Freepik
Een faillissement is pas officieel als juridisch is vastgesteld dat een bedrijf niet langer in staat is om zijn schulden te betalen. Zodra een faillissement wordt uitgesproken, en dan bedoelen we niet op de Michael Scott manier, verliest de ondernemer de zeggenschap over zijn bedrijfsmiddelen. De rechtbank stelt een curator aan, die voortaan verantwoordelijk is voor het afwikkelen van het faillissement. Het doel van deze procedure is om de belangen van alle schuldeisers zo eerlijk mogelijk te behartigen.
De curator neemt de leiding over het bedrijf, inventariseert alle bezittingen en bekijkt in hoeverre uit deze ‘boedel’ vorderingen kunnen worden voldaan. Daar komt de bedrijfsinboedel dus aan de pas.
De inboedel van een failliet bedrijf
Onder de inboedel vallen alle roerende zaken die zich in het bedrijfspand bevinden en eigendom zijn van de failliete onderneming. Denk aan bureaus, stoelen, magazijnvoorraden, machines, apparatuur, decoratie en voertuigen. Maar let op: niet alles wat in het bedrijf staat, behoort tot het bedrijf.
Uitzonderingen zijn bijvoorbeeld goederen die zijn geleased of gehuurd, spullen die toebehoren aan derden (zoals consignatievoorraad), hier en daar persoonlijke items van medewerkers, of eigendommen waarop leveranciers een eigendomsvoorbehoud hebben ingeroepen. Ook goederen waarop pandrechten rusten - waarbij een bank bijvoorbeeld eerste aanspraak maakt - vallen niet vrij in de boedel.
Bij de Blokker moest de meeste inboedel verkocht worden. Voor de doorstart werden kassasystemen en voorraad verkocht aan de hoogste bieder, maar niet alles kon zomaar verkocht worden: een deel van het door leveranciers geleverde was onder eigendomsvoorbehoud. Dit laat zien hoe belangrijk het is dat contracten en eigendomsrechten helder vastliggen.
De beslissers over je inboedel
De curator stelt een zogeheten boedelbeschrijving op: een overzicht van alle activa die kunnen worden ingezet om schulden af te lossen. Daarbij wordt beoordeeld wat daadwerkelijk tot de failliete boedel behoort en wat niet.
De curator bekijkt per item:
- Wie juridisch eigenaar is (controle via contracten, facturen of serienummers);
- Of er zekerheidsrechten zijn gevestigd (zoals pandrecht of eigendomsvoorbehoud);
- Of het object verkoopbaar is — en zo ja, tegen welke marktwaarde.
De ondernemer heeft hier geen beslissingsbevoegdheid meer, maar kan wél informatie aanleveren die helpt bij de beoordeling van de boedel. Ook in het geval van Blokker speelde dit: de curatoren moesten eerst exact vaststellen welke goederen onderdeel waren van de boedel en welke onder voorwaarden van leveranciers vielen.
In de praktijk
Afhankelijk van de waarde en de juridische status van de inboedel kiest de curator een passende route:
- Openbare veiling: veelvoorkomend bij generieke kantoormeubelen of restpartijen.
- Onderhandse verkoop: bij specialistische apparatuur of waardevolle objecten.
- Terugvordering door leveranciers: als zij hun eigendomsvoorbehoud correct kunnen aantonen.
- Overname door nieuwe eigenaar: bijvoorbeeld bij doorstart, zoals begin dit jaar bij Blokker gebeurd, waarbij de inboedel onderdeel wordt van een nieuwe exploitatie.
Bij Blokker leidde een doorstart tot behoud van een groot deel van de winkels, waarbij inboedel en voorraad deels werden overgenomen door nieuwe investeerders. Zonder doorstart zouden veel van deze bezittingen via veilingen zijn verkocht.
De opbrengsten komen in een gezamenlijke boedel, waarvan schuldeisers volgens een vaste rangorde worden uitbetaald. Eerst komen preferente schuldeisers aan bod, zoals de Belastingdienst en het UWV. Daarna volgen de concurrente schuldeisers — doorgaans leveranciers en dienstverleners.
Kan een ondernemer iets doen om eigendommen te beschermen?
Ja, maar alleen vóórdat een faillissement speelt. Zodra een faillissement is uitgesproken, verliest de ondernemer de controle.
Enkele preventieve maatregelen:
- Zorg voor heldere lease- of huurconstructies: zo kan later worden aangetoond dat een bepaald object geen eigendom is van het bedrijf.
- Leg eigendomsrechten goed vast: bewaar facturen, serienummers en aankoopbewijzen.
- Maak gebruik van eigendomsvoorbehoud als leverancier, zodat goederen kunnen worden teruggevorderd bij wanbetaling van de klant.
- Vermijd vermenging van eigendommen, bijvoorbeeld door privé en zakelijk bezit fysiek en administratief gescheiden te houden.
In het geval van Blokker claimden verschillende leveranciers hun rechten via eigendomsvoorbehoud, waardoor een deel van de voorraad niet vrij beschikbaar was voor de curator.
Beperk je risico's
Dreigt financiële instabiliteit? Dan is het belangrijk om op tijd te schakelen. Enkele concrete tips:
- Houd je administratie op orde, met name wat betreft eigendommen en contracten.
- Wees alert op signalen van betalingsproblemen en stel leveranciers proactief op de hoogte.
- Raadpleeg juridisch advies zodra er sprake is van betalingsonmacht, zodat tijdige en juiste stappen gezet kunnen worden.
- Overweeg tijdelijk beschermingsbewind of surseance in plaats van direct faillissement, mits juridisch haalbaar.
Het voorbeeld van Blokker laat zien dat zelfs grote ketens gebaat zijn bij een strategische voorbereiding op moeilijke tijden. Door een heldere administratie en contractstructuur kon bij de doorstart sneller duidelijk worden welke onderdelen wel en niet beschikbaar waren voor overname.
Het lot van de inboedel
Bij een faillissement gaat de controle over de bedrijfsinboedel over naar de curator, die in opdracht van de rechtbank optreedt namens de gezamenlijke schuldeisers. Ondernemers kunnen hun invloed slechts uitoefenen door vóór die tijd hun juridische en administratieve zaken goed op orde te hebben.
Het voorbeeld van Blokker toont aan dat duidelijke afspraken en documentatie van groot belang zijn. Ze bepalen in hoge mate of goederen door leveranciers worden teruggehaald, via een veiling verdwijnen of onderdeel worden van een doorstart.