HP Discover 2014: tips voor je bedrijfsapp

Allereerst is het goed een paar trends in je achterhoofd te houden wanneer je een eigen app wilt (laten) ontwikkelen. We zetten er een paar op een rij.

Interactie is niet beperkt

Tegenwoordig kun je je gebruikers op allerlei manieren laten interacteren met je app. Natuurlijk zijn aanraakschermen nog steeds gemeengoed, maar dat is niet de enige manier waarop mensen nu en in de toekomst zullen interacteren met jouw digitale diensten. Denk bijvoorbeeld aan besturing via stem- of lichaamsgebaren. De technologie is hier niet meer de beperkende factor.

Interfaces zijn overal

Het 'gezicht' van je app, de interface, is niet alleen maar meer het schermpje van een tablet of laptop. Inmiddels zijn de eerste 'surface'-schermen die bijvoorbeeld een hele vergadertafel bedekken. En wat te denken van iets als Google Glass, wat de interface letterlijk voor de ogen van je gebruikers projecteert.

'Mobile' is overal

Naast smartphones en tablets zijn de zogenoemde 'wearables' in opkomst: digitale apparaten die je draagt om je pols (denk aan de sportarmbanden) of als kledingsstuk. Mobiele technologie slaat niet zozeer meer alleen op de mobiel in de letterlijke zin van het woord. Ook hier geldt weer: technologie is nauwelijks nog de drempel, het is maar net hoe en waar je die mobiele technologie wilt inzetten.

Schermformaten zijn eindeloos gevarieerd

Waren er tot voor kort nog enkele schermformaten leidend, bijvoorbeeld 7 en 10 inch voor een tablet en 4 of 5 inch voor een smartphone, tegenwoordig zijn we niet meer aan die limieten gebonden. Gebruikers werken met allerlei formaten, van enorme 30-inchbeeldschermen tot kleine glaasjes van een Google Glass en alles wat daartussen zit. Bovendien verwachten gebruikers dat onafhankelijk van het schermformaten de functionaliteit min of meer gelijk is. Het gaat om de dienst die je levert, niet op welk formaat deze wordt gepresenteerd. Een responsive design gebaseerd op flexibele 'blokken' die al naar gelang het scherm waarop het gepresenteerd wordt kunnen verschuiven is dan ook onontbeerlijk om op al die apparaten een werkbare interface neer te zetten.

Met die trends in het achterhoofd kunnen we gaan kijken naar de praktische uitvoering. Want hoe voldoe je nu aan al die nieuwe wensen, eisen, hoe kom je tot een app die rekening houdt met al die trends? Een paar praktische tips.

Ken je gebruiker

Allereerst is het noodzakelijk om te weten wie je gebruiker is. Wat zijn de wensen en eisen van je doelgroep? En hoe kun je met jouw app hun leven net wat gemakkelijker, leuker, beter of interessanter maken? 

De 'onzichtbare' interface

Heel belangrijk is en wordt de zogenoemde 'onzichtbare' interface. Je moet zorgen dat je gebruiker op het juiste moment de juiste informatie kan krijgen, zonder dat hij of zij daar altijd zelf om hoeft te vragen of maar met zijn device hoeft te interacteren. Dat klinkt abstract, maar is het niet. Zo is de digitale assistent Google Now een goed voorbeeld dat gebruikmaakt van deze onzichtbare interface. Het geeft de gebruiker proactief informatie die op dat moment belangrijk is. Het geeft file-informatie een uur voordat hij of zij begint aan zijn dagelijkse trip van huis naar werk of vice versa. Dat kan het doen omdat het zelfstandig allerlei zaken leert, zoals de woon- en werkplaats, en de locatie waar iemand zich op dat moment bevindt. Ook kan het inspelen op voorkeuren of gewoonten van een gebruiker omdat het actief data daarover verzamelt.

Een ander goed voorbeeld van de onzichtbare interface is de app van Wallmart, de bekende Amerikaanse hypermarktketen. Met deze app kun je je boodschappen inchecken met je smartphone en worden deze automatisch afgeschreven van de creditcard op het moment dat hij of zij de winkel verlaat. Het houdt dus rekening met de context, in dit geval de plaats van de bezoeker. Maar dat is niet alles, ook krijgt je als gebruiker pro-acief aanbiedingen gepusht naar je mobiele device die voor jou interessant zijn, op basis van eerdere aankopen én op basis van jouw locatie in de winkel.

Maak gebruik van mobiele features

Smartphones hebben tegenwoordig tal van sensoren. Het kan nauwgezet bijhouden waar een gebruiker zich bevindt, met welke snelheid iemand zich verplaatst, . Het beschikt over connecties als Bluetooth en nfc. Via een ingebouwde microfoon kan het stemcommando's opvangne. Met de ingebouwde camera kan het een verbinding leggen met objecten uit de fysieke wereld, via bijvoorbeeld een qr-code. Maak gebruik van al die data, zorg dat je app deze context kan vertalen in nuttige functionaliteit die is toegesneden op de situatie, de gewoonten, de locatie op dat moment, enzovoorts. Dat onderscheidt een echte mobiele app van 'gewoon' een naar een mobiel apparaat vertaald stukje software.

Combineer slim

De ware uitdaging zit hem in het slim combineren van verschillende apparaten van je gebruiker. Een goed voorbeeld is bijvoorbeeld de digitale armband van Jawbone. Deze registreert gegevens als de hartslag van een gebruiker. Koppel je die gegevens aan bijvoorbeeld een digitale thermostaat als Nest, onlangs opgekocht door Google, dan zijn allerlei nieuwe toepassingen mogelijk. Denk aan een hardloper die met een verhoogde hartslag en lichaamstemperatuur thuiskomst. Als de Jawbone deze lichamelijke gegevens doorgeeft aan de thermostaat, dan kan deze daarop inspelen door de kamertemperatuur automatisch wat te verlagen, zodat hij of zij kan afkoelen. Dit zijn geen nieuwe technologieën, maar simpelweg een creatieve connectie tussen twee bestaande apparaten. Je fantasie (naast natuurlijk je budget) is feitelijk de beperkende factor